W.H. Vliegenbos
Het W.H. Vliegenbos
Een behoorlijk deel van het Vliegenbos staat vreemd genoeg niet groen ingekleurd op Google Maps waarmee ik tot in het verre zuiden van Frankrijk altijd wel de weg weet te vinden. Vlakbij huis lonkt desoriëntatie en ik doe verschrikkelijk mijn best om de situatie aldaar in beelden voor de geest te toveren. Ik ben er geweest, dat is zeker. Het ietwat verloren deel van het Vliegenbos waarover ik spreek, ligt onhandig ingeklemd tussen verschillende stroken water en is daarmee niet heel toegankelijk. Verstopt en zichtbaar tegelijk. Die Google-blik vanuit het hogere laat overigens mooi zien dat een behoorlijk deel van Amsterdam Noord niet natuurlijk is ontstaan maar aangelegd. Er is overduidelijk sprake van polderen in het IJ. Er zijn teveel rechte stukjes om natuurlijk te zijn. Dat niet in kaart gebrachte stukje bos heeft een eigen en passend karakter. Het is er vochtig en duister en doet niet echt toegankelijk aan. Dat leidt er toe dat je er min of meer omheen loopt met hier en daar zicht op een zijkanaal van het IJ en aan de andere kant ligt dan de Nieuwendammerdijk waar ooit het IJ tegenaan heeft geklotst tot dat Amsterdam zijn Noordelijk deel wilde vullen met werk. Het W.H. Vliegenbos bestond toen nog niet.
Voor mij kreeg het Vliegenbos vorm toen ik naar de middelbare school ging, elke maandag tot vrijdag op de fiets over de Nieuwendammerdijk en dan bij de klucht naar beneden. De ingang van het toen al reeds jaren versleten noodgebouw in vies lichtblauw en wit lag aan de rand van het Vliegenbos en was direct na het witte bruggetje rechts om de hoek te vinden inclusief gymzaal, schoolplein en bijbehorende fietsenrekken. Er staan nu te huren huisjes op de opgeschaalde camping die er toen ook al was maar dan in veel mindere mate. De school bestaat nog als Damstede college een heel end verderop in de buurt van het IJtunnel tracé. Ooit ben ik daar nog een keer geweest voor een reünie en die hadden ze maar beter in café ‘t Sluisje kunnen houden.
Vanaf de Nieuwendammer dijk dus, iets voorbij de snackbar die er al jaren niet meer is, links naar beneden en dan rechts langs de bungalow van De Vries Lensch, de toenmalige eigenaar van de gelijknamige scheepswerf daarachter. Via het witte bruggetje dook je dan het bos in en stond je vrijwel direct voor de ingang van de school. Dat witte bruggetje blijkt na al die jaren en een ontelbaar aantal passages een officieel Amsterdamse brug te zijn slechts bekend onder nummer 362 totdat men in de gemeenteraad in 2018 ertoe besloot nummer 362 te vernoemen naar een ooit in de dertiende eeuw door een stormvloed verzwolgen dorp aan het IJ. Tsja… Nu heet het witte bruggetje dus Zosenerdambrug. Dat ga ik niet onthouden.
In de schoolpauzes van het brugklasjaar, we waren nog speels, gingen we menigmaal met de fiets uit crossen in het bos. Later slenterden we diezelfde routes als langharige alto’s in aanleg met onze groene legerjas die in mijn geval overigens gewoon bij Kreymborg was gekocht. Tsja…
Tegenwoordig kom ik graag in het Vliegenbos voor een ochtendwandeling en soms fiets ik er door heen vanaf de pont op weg naar huis. Er is geen logische fietsroute door het bos en dat vind ik wel eens irritant. Er komt helaas geen rechtdoor fietspad dat heel handig zou wezen als je vanaf de relatief nieuwe pont aan de van Hasseltweg door wil steken naar Nieuwendam want dat maakt het maar nodeloos druk in ons bos zoals menig bewoner van de Nieuwendammerdijk heeft duidelijk gemaakt door middel van een direct en ongetwijfeld grondig opgetuigde actiegroep. Er woont ergens vast wel iemand die rechten heeft gestudeerd, daar waar je niks meer onder het miljoen kunt kopen. Ook het populaire padel spel ziet men liever niet in het bos want dat luide gepok ga je dan de hele tijd horen. De tennisclub, die al jaren tennis-geluid maakt maar dat zijn we wel gewend, die gaat echt niet meer weg… Net als al die honden die er worden uitgelaten. Ik fiets dus menigmaal om het Vliegenbos heen via de Waddenweg door de arbeidersbuurt bijgenaamd ‘het blauwe zand’ vernoemd naar het opgespoten land dat eronder ligt daar waar ooit het water van het IJ verder reikte dan nu het geval is. Over de Waddenweg geeft de stadsbus met veel lawaai lekker gas, dwars door de wijk.
Eind negentiende eeuw bedacht W.H. Vliegen als stadsbestuurder zijn stadse bos. Het duurde jaren voordat het er ook daadwerkelijk kwam en daarna duurde het nog jaren voordat het naar zijn bedenker werd vernoemd. In oorsprong was het bedoeld als recreatiemogelijkheid voor de Amsterdammer die het zich kon veroorloven het IJ over te steken en dan bij het Tolhuis wat te drinken of anderszins te nuttigen en na een stevige wandeling door het stadsbos verkwikt weer huiswaarts te keren. Heel veel is er misschien niet eens veranderd… maar de meeste wandelaars wonen nu gewoon aan deze kant van het IJ.